Bergen is een prachtige stad, na Olso de grootste, maar volgens kenners mooier dan Oslo. Het ligt in een baai omgeven door ‘jawel ‘ … bergen. We liggen er aan de kade (gelukkig aan een andere boot vast en niet zelf tegen de autobanden) en dat doet ons een beetje aan Porto denken. We liggen er drie dagen. De eerste dag na aankomst gaat Toine nog wat slapen en ik ga met de meiden ‘shoppen’. Het is hier wel flink wat duurder dan Nederland. Vaak wel 1,5 tot 2 keer zoveel. Vooral uiteten en levensmiddelen. Voor de rest zitten we lekker op de boot in het zonnetje en genieten we van de bedrijvigheid om ons heen.
De tweede dag maken we een lange wandeling over de bergkammen boven Bergen. Ruim vier uur lang over kleine padjes, heuvel op en af met een prachtig uitzicht. Helaas wel met motregen en flink wat wind… ach het moest toch een keer afgelopen zijn met onafgebroken zon? De heenweg met een kabelbaan omhoog en de terugweg met het bergtreintje terug naar het centrum omlaag. We komen lekker afgepeigerd en met vermoeide spieren (althans wij, de meiden hebben nergens last van) aan het eind van de middag terug. En trakteren onszelf dan op heerlijke rauwe en gemarineerde zalm van de markt met een glaasje witte wijn op eigen boot, weer in het zonnetje.
De derde dag maken we een lange tocht van eerst vijf uur op een snelboot door de Sognefjord (één van de drie grote fjorden) . Prachtig langs kleine eilandjes en verder de fjord in met steeds hogere bergen met eeuwige sneeuw en gletsjers. Met een lunchstop in Fläm, aan het einde van het fjord. Beetje té toeristisch plaatsje. Daarna met de bergtrein van Fläm naar Mitral … een spectaculaire tocht waarin de trein in een uur naar 866 meter hoogte klimt. Tussendoor een stop bij een enorme waterval waar twee nimfen een noors lied zingen. En aan het eind maakt de trein nog een bocht van 180 graden. Een leuke belevenis. De laatste twee uur terug naar Bergen zitten we in de sneltrein die tussen Oslo en Bergen rijdt.
Op dinsdag 19 juli vertrekken we uit Bergen richting het zuiden om de rest van de week het gebied van de Hardangerfjord te verkennen ( de tweede grote fjord). De eerste stop is op een prachtige ankerplek in een diepe baai Lysevagen van het eiland Lysoy. Midden in de natuur, geankerd met een lijn vanaf de achterkant naar de kant liggen we als een ‘huis’. Wel een beetje regenachtig, maar met de bimini op zitten we toch nog droog en ‘midden in de natuur’, en met regenjassen aan maken we ook gewoon een wandeling over het eiland langs het koloniale huis van Ole Bulle, een belangrijke Noor die veel voor de muziekwereld van Noorwegen heeft gedaan en daar z’n laatste levensjaren eind vorige eeuw heeft doorgebracht.
De volgende dag varen we in de miezerregen via de Raunefjord naar de Bjornafjord. Vlak voor de smalle ingang van de Godoy sund krijgen we nog twee flinke regenbuien over ons heen. We vinden een prima overnachtingsplek aan een steiger voor een failliet gegaand hotelletje, met een mooie omgeving om ons heen. Aan het eind van de middag wordt het er steeds drukker met flink wat boten die er nog bijkomen. En dan breekt het zonnetje weer door en eten we heerlijke gebakken spiderplantains (met gewone bananen ipv bakbananen) en hete saus met rosé wijn.
De dag erna blijft de zon de hele dag schijnen. Wat het weer hier precies wordt weet je nooit van te voren. De normaal door ons gebruikte weervoorspellers zijn niet echt betrouwbaar vanwege het lokale effect. Ach, zo wachten we elke dag maar gewoon af. Hard waaien doet het nooit en op twee uurtjes zeilen na motoren we de 30 mijl naar Sundall. Via de Bjornefojord door de smalle Lukksund (waar we gelukkig stroom mee hebben, wel 3 knopen), naar de Hardangerfjord. Die varen we een stukje dieper in en dan rechstaf de zijarm Maurangerfjord in. De bergen om ons heen worden steeds hoger. Sundall is een klein dorpje met een camping met een paar drijvende steigers met een mooi uitzicht op de beroemde gletsjer Bondhusbreen. Het is zelfs zo warm dat de bimini op moet dit keer tegen de zon en de meiden gaan zelfs zwemmen (in het water dat 12 graden is ..brrrr).
De volgende ochtend is het weer bewolkt en een stuk frisser. We willen die Bondhusbreen gletsjer wel eens van dichterbij gaan bekijken. En dat wordt uiteindelijk een tocht van bijna 6 uur. Heel mooi en lekker vermoeiend. Eerst het pad uit het dal omhoog naar een meer met een mooie groen-blauwe kleur. Dan wordt het pad smaller en lastiger over drie watervallen heen (waarvan één overgang heel spannend met net geen natte voeten). Het laatste stuk naar boven komen we op het stenenveld met nog een stukje klimmen naar de gletsjer. De meesten keren daar om, alleen echte beklimmers gaan door … en wij ook (door Toine en Marinthe). Het is een flinke klim zonder duidelijk pad, maar op het einde toch te steil en te gevaarlijk zodat we omkeren. Tot groot ongenoegen van Marinthe. Zolang de paadjes klein en moeilijk zijn loopt Marinthe steevast (ver) voorop!
Vroeger kwam de gletsjer veel lager en toen droegen ze ijsblokken van de gletsjer naar het dorpje dat verscheept werd door heel Europa (naar hotels en grote huishoudens voor koeling van etenswaren). Terug bij de boot begint het steeds harder te regen en is het in tegenstelling tot gisteren opeens de koudste dag tot nu toe. We eten hamburgers met friet (in de campingkiosk gehaald). En spelen ’s avonds ‘blote konten’ (kaartspel), met de kuiptent op en de verwarming aan.
De laatste dag van de tweede week varen we in de miezerregen de Hardangerfjord weer uit naar het plaatje Husnes. Een leuke jachthaven met allerlei voorzieningen waaronder een wasmachine en fietsen die je kunt gebruiken om naar de supermarkt te gaan. We lezen op het nieuws dat er een bomaanslag is geweest in Oslo met een paar doden, en op een eiland met een partijbijeenkomst van de Volkspartij een vermomde agent die rondschiet en zo’n 85 mensen dood. Wat een bizarre gebeurtenis en een enorm gestoord iemand die zoiets kan doen. Gelukkig een eind van ons vandaan!
Elke avond spelen we een spelletje met z’n vieren (afwisselend pokeren, hartenjagen, blote konten of genius)en daarna kruipen we in bed, vaak best laat, terwijl het nog helemaal licht is. Het wordt hier so wie so nooit echt donker, alleen schemering tussen 1.00 en 3.30 uur. Apart hoor!
Wat doen de meiden veel als we varen …. ze lezen alle boeken van Carry Slee (waar je eigenlijk 12 of 13 jaar of ouder voor moet zijn). Ze schrijven zelf een boek (in de trent van Carry Slee). Vooral Eline is al heel erg ver en schrijft heel mooi (van wie heeft ze dat? Niet van ons!).
En zo beleven we een prima tweede week van de vakantie. Op de helft !!!